Introductie DNA
De cel
Elk lichaam, elk levend wezen bestaat uit cellen, zoals een gebouw uit bakstenen bestaat. Bij mensen gaat het om vele miljoenen cellen, ergens in de buurt van tien biljoen (10.000.000.000.000).
Elke cel bevat een celkern met daarrond cytoplasma, dat wordt afgebakend door een celmembraan. In het cytoplasma bevinden zich verschillende celorganellen, o.a. mitochondriën (de energiefabriekjes van ons lichaam) en lysosomen (de 'afvalverwerking' in onze cellen).
Het DNA
In de celkern bevindt zich het nucleair DNA (van nucleus, kern), in de mitochondriën het mitochondriaal DNA.
In ons DNA ligt de programmeercode opgeslagen die bepaalt hoe ons lichaam is/wordt opgebouwd en functioneert. De DNA-code is voor elk levend wezen verschillend, behalve bij identieke tweelingen.
Toch delen mensen van dezelfde familie meestal meerdere kenmerken met elkaar:
- Hun kleur van ogen of haar
- Hun lichaamsbouw
- Intelligentiegraad
- Aanleg voor bepaalde ziektes
Dat fenomeen hebben we aan onze genen te danken.
Kortom, hoewel de genenkaart van alle mensen op aarde er bijna gelijk uitziet, maken kleine minimale verschillen elk van ons uniek. Tegelijk laten ze ons (ten dele) gelijken op onze bloedverwanten, met wie we bepaalde verschillen delen.
Veel van deze kleine maar specifieke DNA-mutaties (DNA-variaties of veranderingen), die zich binnen één familie bij verschillende leden kunnen voordoen, maken dat we sommige erfelijke ziektes precies kunnen traceren.