Een klassieke open behandeling verreist het opensnijden van de buikwand, het vrijleggen van het aneursyma of de breuk, het afklemmen van deze belangrijke slagader en haar zijtakken, en vervolgens het innaaien van een synthetische, gewoven prothese waarmee de continuĆÆteit hersteld wordt.
Deze ingreep is invasief, en gaat gepaard met aanzienlijke littekens en bloedverlies. Complicaties kunnen optreden en verlengen dan het verblijf in het ziekenhuis (7 tot 14 dagen).
Hoewel deze klassieke ingreep als hoogrisico moet bestempeld worden, is het resultaat erg duurzaam. De opvolging is dan ook minder streng dan bij endovasculaire behandeling.
Gelukkig is deze ietwat verouderde techniek steeds zeldzamer: in het UZ Brussel worden bijvoorbeeld ongeveer 75% van alle buikaneurysmata op endovasculaire wijze behandeld.