UZ Brussel ontvangt 14.000 euro van Kom Op Tegen Kanker om haalbaarheid preventieve screening pancreaskanker te onderzoeken
14 januari 2025Pancreaskanker is in opmars en kent een laag overlevingspercentage omwille van de vaak late diagnose. Door vroeg te screenen bij risicogroepen kunnen tumoren in de pancreas eerder gedetecteerd worden en kan de overlevingskans verhoogd worden. Met de financiering voor de opstart van het PANSCREEN-programma, dat de haalbaarheid en effectiviteit van preventieve screening naar pancreaskanker wil onderzoeken, steunt KOTK dit onderzoek.
Pancreaskanker is een zeer dodelijke vorm van kanker met een 5-jaarsoverlevingspercentage net boven de 10%, vooral omwille van de late diagnose. Slechts 15% van de patiënten komt in aanmerking voor chirurgie. Vroeg opsporen is dus ontzettend belangrijk. Programma’s aan de Universiteit van Leiden (Nederland) en in de Verenigde Staten bij personen met een verhoogd risico (>5% levenslange kans op pancreaskanker) tonen een verbeterde prognose bij patiënten die deelnemen aan de screening.
Deze programma’s hebben aangetoond dat een preventieve screening met MRI en endoscopische echografie leidt tot vroegere diagnose, kleinere tumoren en verbeterde overlevingskansen. Ondanks deze successen bestaan er in België nog geen systematische opsporingsprogramma's. Daarom wil het UZ Brussel starten met een preventief screeningsprogramma PANSCREEN. Voor die lancering krijgt het UZ Brussel nu fondsen van Kom op tegen Kanker om de haalbaarheid en effectiviteit van pancreasopsporing in de Belgische context aan te tonen.
Voor personen met een verhoogd risico op pancreaskanker
Dr. Amy de Haar-Holleman, medisch oncoloog: “PANSCREEN wil een screeningsprogramma opzetten voor mensen met een verhoogd risico op het ontwikkelen van pancreaskanker, omdat ze of een genetische afwijking hebben die gepaard met een verhoogd risico op het ontwikkelen van pancreaskanker of minstens twee eerstelijnsverwanten, dat wil zeggen een ouder, kind, broer of zus, hebben met pancreaskanker.”
Screening zou starten tussen de leeftijd van 40 en 50 jaar of eerder, afhankelijk van de familiegeschiedenis, en maakt gebruik van MRI en endoscopische echografie om de zes maanden. Er zal systematisch klinische, biologische en radiologische data worden verzameld, in samenwerking met internationale onderzoeksprogramma’s.
Dr. Amy de Haar-Holleman: “Het idee is dat we met dit geld de eerste stappen zetten om uiteindelijk tot de screening te kunnen komen. Dat houdt in dat we via enquêtes de nood gaan bevragen bij de doelgroepen, de doelgroepen en verwijzers informeren en dat we de logistiek op orde gaan brengen. Op die manier willen we ons klaarmaken voor de opstart van het programma.”